Zitting 16 10 2023
Vaststelling van het retributiereglement op het aanrekenen van administratiekosten bij openstaande fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen
MOTIVERING
Feiten en context
De gemeenteraad heeft in zitting van 31 juli 2018 het retributiereglement voor het aanrekenen van diverse kosten ten gevolge van betalingsherinneringen voor niet-fiscale schuldvorderingen vastgesteld.
De niet-tijdige betaling van belastingen, retributies en facturen brengen administratieve prestaties met zich mee voor de gemeente. Daarnaast is het zo dat met de minnelijke invordering door een externe partner en de uitvaardiging van dwangbevelen naar aanleiding hiervan ook kosten gepaard gaan voor de gemeente. Het is aangewezen deze kosten te recupereren bij diegene die de belasting of retributie is verschuldigd.
Gelet op de wijzigende regelgeving is het wenselijk het bestaande retributiereglement aan te passen.
Er wordt gestreefd naar de opmaak van een uniforme procedure debiteurenbeheer voor gemeente en OCMW en de opmaak van een retributiereglement voor het aanrekenen van kosten ten gevolge van betalingsherinneringen voor fiscale- en niet-fiscale schuldvorderingen.
Voor de eerste aanmaning mogen geen kosten worden aangerekend. Voor de tweede aanmaning (aangetekend) zal, met uitzondering voor de scholen en de sociale dienst, een administratieve kost van €10 worden aangerekend.
Vanaf de minnelijke invordering via een externe partner kunnen, conform de wet inzake "Schulden van de consument", bijkomende kosten (schadebeding en rente) worden aangerekend.
Het is logisch dat de kosten van deze bijkomende administratieve opvolging ten laste gelegd worden van de nalatige debiteur.
De raad is bevoegd het nieuwe retributiereglement vast te stellen.
Juridische gronden
Artikel 170§4 en 173 van de Grondwet;
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en latere wijzigingen, inzonderheid artikelen 40§3, 41 14° en 177.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
Wet van 4 mei 2023 houdende invoeging van boek XIX "Schulden van de consument" in het Wetboek van economisch recht.
De omzendbrief KB ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;
Advies/argumentatie
Overwegende dat de niet-tijdige betaling van belastingen, retributies en facturen extra administratieve prestaties met zich meebrengen voor de gemeente;
Overwegende dat met de minnelijke invordering door een externe partner en de uitvaardiging van dwangbevelen naar aanleiding hiervan ook kosten gepaard gaan voor de gemeente;
Overwegende dat het is aangewezen deze kosten te recupereren bij diegene die de belasting of retributie is verschuldigd;
Gunstig advies om het nieuwe retributiereglement vast te stellen.
Financiële gevolgen
Het krediet is voorzien in het budget 2023 en de volgende jaren.
Budgetsleutel | Actie | Beschikbaar budget |
74530000/01110 | | €3.600,4 |
BESLUIT
Artikel 1: definitie
Er wordteenretributiegehevenvoordeinnings-enaanmaningskostenvanopenstaande fiscale enniet-fiscaleschuldvorderingen.
De fiscale schuldvorderingen als bedoeld in dit reglement betreffen alle belastingen op basis vande geldendebelastingreglementen.
De niet-fiscale schuldvorderingen als bedoeld in dit reglement betreffen alle vorderingen uithoofde van retributies, GAS-boetes, schadevergoedingen, … en alle andereschuldvorderingen van het lokaal bestuur van welke aard ook, met uitzondering van deze dievoortvloeienuit debelastingreglementen.
Het lokaal bestuur Meise: gemeente en OCMW.
Het uitvoerende orgaan: college van burgemeester en schepenen (gemeente) of het vast bureau (OCMW).
Artikel 2: fiscale procedure
De inningsprocedurevoorde fiscaleschuldvorderingenverlooptalsvolgt:
● de betaaltermijn voor fiscale schuldvorderingen wordt bepaald op 2 maanden te rekenenvanaf deverzendingvanhetaanslagbiljet.
● minimum 5 kalenderdagen na het verstrijken van de vervaltermijn wordt aan de debiteur een kosteloze aanmaning verzonden.
● minimum 5 kalenderdagen na het verstrijken van de vervaltermijn van de eersteaanmaning wordt aan de debiteur een aangetekende aanmaning verzonden voor de openstaande schuldvordering verhoogd met de in artikel 4 bepaalde retributie voorport-enadministratiekosten.
● ten vroegste 1 maand na verzending van de eerste kosteloze aanmaning en tenvroegste 14 dagen na het verzenden van de aangetekende aanmaning wordt het dossier overgemaakt aaneen externe invorderingspartner voor een uitstaande schuld van minimum €25.
● De externe invorderingspartner zal eerst minnelijk en vervolgens gedwongen invorderen overeenkomstig artikel 177, 2° van het decreet lokaal bestuur.
Artikel 3: niet-fiscale procedure
De inningsprocedurevoorniet-fiscaleschuldvorderingenverlooptalsvolgt:
● de betaaltermijn voor niet-fiscale schuldvorderingen wordt bepaald op 30 dagen, behoudenswettelijk bepaaldeuitzonderingen of vorderingen voor activiteiten/dienstverlening die vóór aanvang moeten betaald worden.
● minimum 5 kalenderdagen na het verstrijken van de vervaltermijn wordt aan de debiteur een kosteloze aanmaning verzonden.
● minimum 5 kalenderdagen na het verstrijken van de vervaltermijn van de eersteaanmaning wordt voor een uitstaande schuld van minimum €5 aan de debiteur een aangetekende aanmaning verzonden voor de openstaande schuldvordering verhoogd met de in artikel 4 bepaalde retributie voorport- enadministratiekosten.
● ten vroegste 1 maand na verzending van de eerste kosteloze aanmaning en tenvroegste 14 dagen na het verzenden van de aangetekende aanmaning wordt het dossier overgemaakt aaneen externe invorderingspartner voor een uitstaande schuld van minimum €25.
● De externe invorderingspartner zal eerst trachten minnelijk in te vorderen. Bij gebreke aan een minnelijke regeling zal voor een uitstaande schuld van minimum €50 overgegaan worden tot een gedwongen invordering overeenkomstig artikel 177, 2° van het decreet lokaal bestuur.
Artikel 4: retributie
● Eerste aanmaning per gewone brief of elektronische drager: €0.
● Tweede aanmaning per aangetekende brief of beveiligde elektronische drager: €10 voorport-enadministratiekostenmet uitzondering van schoolfacturen en facturen sociale dienst. Deze zijn vrijgesteld van deze retributie.
● Invordering via externe partner (momenteel Justified+) vanaf een uitstaande schuld van €25 gebeurt conform de wetgeving “Schulden van de consument” met een schadebeding en mogelijks verhoogd met een rente.
Het “schadebeding” dekt alle kosten voor de minnelijke invordering van de schuld en wordt als volgt bepaald:
○ € 20 als het verschuldigde saldo lager dan of gelijk aan € 150 is;
○ € 30 vermeerderd met 10 % van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen € 150,01 en € 500 als het verschuldigde saldo tussen € 150,01 en € 500 euro is;
○ € 65 vermeerderd met 5 % van het verschuldigde bedrag op de schijf boven € 500 met een maximum van € 2000.
De “rente” is de wettelijke rentevoet(*) voor betalingsachterstand bij handelstransacties.
(*) 12% in het tweede semester 2023
● Dwangbevel: Indien de externe partner de schuld niet kan innen via minnelijke invordering zal een dwangbevel worden opgemaakt door de financieel directeur en in geval van niet-fiscale vorderingen voor uitvoerbaarverklaring aan het college van burgemeester en schepenen worden voorgelegd. De kosten, aangerekend door deurwaarder/incassobureau/externe partner, vallen integraal ten laste van de debiteur.
Artikel 5: retributieplichtige
De retributieisverschuldigddoorde debiteur die in gebreke blijft voor tijdige betaling vandeopenstaandefiscaleenniet-fiscale schuldvordering(en).
Artikel 6: afboeken
Bij gedeeltelijke betaling zullen eerst de volgens onderhavig retributiereglementaangerekende kosten aangezuiverd worden, en vervolgens de openstaande fiscale of niet-fiscale schuldvordering.
Artikel 7: onwaarden
Indien een attest van onvermogen wordt afgeleverd of indien de procedure debiteurenbeheer ten gronde werd gevoerd wordt de financieel directeur gemachtigd de (resterende) uitstaande schuld in onwaarde te boeken.
Artikel 8: betaaltermijnen
● Aanslagbiljet: 2 maanden.
● Factuur: 30 dagen.
● Eerste aanmaning: 15 dagen.
● Aangetekende zending: 15 dagen.
● Minimumtermijn tussen vervaldag en eerstvolgende herinnering of doorverwijzing: 5 dagen.
Artikel 9: Bezwaar
Klachten of bezwaren moeten voldoende gemotiveerd binnen een termijn van 30 dagen volgend op de factuurdatum worden gericht aan het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 10 Speciale gevallen
Artikel 10.1.1 Schoolfacturen
De openstaande schoolfacturen worden verzameld per trimester en pas na de vervaltermijn van de 2de aanmaning voor minnelijke invordering aan de externe partner overgemaakt. Aan het einde van het schooljaar zal per leerling de uitstaande schuld worden opgelijst en overgemaakt worden aan een externe partner (deurwaarder, incasso, andere…) voor verdere invordering (minnelijk of via dwangbevel).
Warme maaltijden: om de schuldopbouw te beperken wordt het principe gehanteerd dat op het einde van elk trimester, pas als alle maandelijkse maaltijd- en opvangfacturen van het voorgaande trimester betaald zijn, er opnieuw de mogelijkheid bestaat om warme maaltijden te bestellen voor het kind in een volgend trimester. (d.w.z. alle facturen van het 1ste trimester moeten betaald zijn om warme maaltijden voor het 3de trimester te kunnen bestellen).
Artikel 10.1.2 Internationale invorderingen
Er wordt gebruik gemaakt van de internationale invorderingsprocedure (met daaraan gekoppeld de nodige kosten) als het verblijfs- of woonadres van de debiteur in het buitenland gekend is en dit vanaf een minimumbedrag van €250.
Artikel 10.1.3 Uitvoerend beslag
Indien de financieel directeur beslist om over te gaan tot uitvoerend beslag op onroerende goederen worden de hieruit voortvloeiende kosten integraal aangerekend aan de debiteur van zowel fiscale als niet-fiscale vorderingen.
Artikel 11 Interne procedures
De gedetailleerde procedures worden op dienstniveau verder uitgewerkt op basis van de beschikbare softwaresystemen en de interne werking en toegevoegd aan het organisatiebeheersingssysteem.
Artikel 12 Inwerkingtreding
Het reglement treedt in voege op 1 november 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen, inzake dezelfde materie.
Artikel 13 Bekendmaking
Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 tot 288 van het decreet lokaal bestuur en wordt bekendgemaakt aan de toezichthoudende overheid overeenkomstig artikel 330, 1ste lid van het lokaal decreet.
Met 18 stemmen voor (Gerda Van den Brande, Diana Tierens, Jonathan De Valck, Tom Heyvaert, Jorn Lathouwers, Ruben Algaba, Ann Van den Broeck, Roger Heyvaert, Paul Aerts, Sonja Becq, Emiel De Boeck, Christine De Cubber, Veerle De Cuyper, Charlotte Meulemeester, Roel Baudewyns, Sonia Lathouwers, Peter Carriere en Marie-José De Cock), 5 onthoudingen (Marie Jeanne Thaelemans, Roel Anciaux, Thomas Goethals, Erwin De Clerck en Karine Métens)