Zitting do 12 2019
Vaststelling van het meerjarenplan 2020-2025
MOTIVERING
Feiten en context
Artikel 254 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur bepaalt dat in het eerste jaar na de gemeenteraadsverkiezingen een meerjarenplan dient te worden vastgesteld. Dat meerjarenplan bestaat uit een strategische nota, een financiële nota en een toelichting. Het nieuwe meerjarenplan gaat van start in 2020 en loopt af op het einde van het jaar na de daaropvolgende gemeenteraadsverkiezingen, dus tot 2025. Als gevolg van de integratie van gemeente en OCMW Meise heeft het decreet over het lokaal bestuur ook bepaald dat, in tegenstelling tot het verleden, gemeente en OCMW één meerjarenplan opstellen.
De nieuwe coalitie stelde op de eerste gemeenteraad hun state of the union voor. De administratie maakte een inspiratienota (omgevingsanalyse) van onze gemeente, hiervan werd kennisgenomen door het college van burgemeester en schepenen op 11 maart 2019. Ook werd samen met het college van burgemeester en schepenen en het managementteam een projectcharter opgemaakt (CBS 11 februari 2019).
In het projectcharter werden de verschillende mijlpalen opgenomen die moesten gerealiseerd worden voor de opmaak van het meerjarenplan 2020-2025. Een van deze mijlpalen was het organiseren van participatie naar onze inwoners toe. Gedurende de maand mei en juni trokken de medewerkers van gemeente en OCMW Meise met acht participatiemarkten naar verschillende locaties in onze gemeente. Alvorens met de participatiemarkt van start te gaan bepaalde het bestuur samen met het managementteam verschillende thema’s. Deze thema’s waren een vervolg en synergie op de state of the union, voorgedragen door het bestuur, en de inspiratienota, voorgedragen door de administratie. Deze verschillende thema’s vormden de speerpunten van de participatiemarkt.
Speerpunt 1: bruisende dorpskernen
Speerpunt 2: een buurt die je omarmt
Speerpunt 3: een organisatie die er voor de klant is
Speerpunt 4: duurzaam leven en bewegen
Speerpunt 5: een samenleving voor iedereen
Het bestuur en het managementteam kozen ervoor deze thema’s nog niet concreet uit te werken in acties. Deze taak werd eerst overgelaten aan de inwoners. Het doel van de participatiemarkt bestond eruit om in contact te komen met de inwoners en ervoor te zorgen dat de verschillende thema’s gevoed werden met ideeën om Meise in de toekomst mooier, beter, aangenamer te maken.
Er werden in totaal 316 voorstellen geformuleerd op de participatiemarkten. Op basis van deze ideeën gingen de leden van het schepencollege hiermee aan de slag. Ze namen deze voorstellen mee als inspiratie voor het opmaak van het meerjarenplan 2020 - 2025. Elk idee werd overwogen in functie van de nieuwe visie. Het managementteam deed net hetzelfde. Uiteindelijk werd een doelstellingenboom gecreëerd. Deze doelstellingenboom werd vervolgens verder verfijnd en bekeken. Uiteindelijk kwam het meerjarenplan 2020-2025 tot stand.
Op 27 november 2019 werd het ontwerp van het meerjarenplan 2020-2025 voorgesteld aan alle adviesraden zodat zij inspraak konden geven.
Juridische gronden
Artikel 40 §2 van het decreet lokaal bestuur: de gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen
Artikel 41 §1 3° van het decreet lokaal bestuur: de volgende bevoegdheden worden uitdrukkelijk aan de gemeenteraad toevertrouwd: het vaststellen van de beleidsrapporten van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 249.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen deel 2 Titel 4 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.
Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 en latere wijzigingen betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Omzendbrief KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Advies/argumentatie
Het meerjarenplan zal bestaat uit een strategische nota, een financiële nota en een toelichting.
De strategische nota bevat de omschrijving van de acties, actieplannen en van de beleidsdoelstellingen waar ze in kaderen. De beleidsdoelstelling weerspiegelt het resultaat of effect dat het bestuur wil bereiken. Aan elke beleidsdoelstelling zijn ook meerdere actieplannen gekoppeld. Een actieplan is de verzameling van de acties die het bestuur binnen een welbepaalde tijd uitvoert om een beleidsdoelstelling te realiseren.
In de strategische nota van het meerjarenplan worden de beleidsdoelstellingen en de beleidsopties voor het extern en intern te voeren beleid geïntegreerd weergegeven.
De strategische nota bevat ten minste de volgende elementen:
•De omschrijving van de prioritaire acties of actieplannen en van de beleidsdoelstellingen waar ze in kaderen;
•Voor elk jaar van het meerjarenplan de verwachte ontvangsten en uitgaven voor exploitatie, investeringen en financiering per prioritaire actie of prioritair actieplan en per beleidsdoelstelling waar de prioritaire acties of actieplannen in kaderen;
•Voor elk jaar van het meerjarenplan het totaal van de verwachte ontvangsten en uitgaven voor exploitatie, investeringen en financiering van de niet-prioritaire acties of actieplannen per beleidsdoelstelling waar prioritaire acties of actieplannen in kaderen;
•Een overzicht van de beleidsdoelstellingen waarin geen prioritaire acties of actieplannen kaderen;
•Een verwijzing naar de plaats waar het overzicht van alle beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties, en de bijbehorende ontvangsten en uitgaven, beschikbaar is.
In de financiële nota van het meerjarenplan wordt de financiële vertaling van de beleidsopties van de strategische nota weergegeven en wordt verduidelijkt hoe het financiële evenwicht wordt gehandhaafd.
De financiële nota bevat ten minste de volgende elementen:
•Het financiële doelstellingenplan (schema M1);
•De staat van het financiële evenwicht (schema M2);
•Het overzicht van de kredieten (schema M3).
De toelichting van het meerjarenplan bevat alle informatie over de verrichtingen in het ontwerp van meerjarenplan die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen.
De toelichting bevat ten minste de volgende elementen:
•Een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar functionele aard (schema T1);
•Een overzicht van ontvangsten en uitgaven naar economische aard (schema T2);
•In voorkomend geval, de investeringsprojecten (schema T3);
•In voorkomend geval, een overzicht van de evolutie van de financiële schulden (schema T4);
•Een overzicht van de financiële risico’s: een omschrijving van de financiële risico’s die het bestuur loopt en van de middelen en mogelijkheden waarover het bestuur beschikt of kan beschikken om die risico’s te dekken;
•Een verwijzing naar de plaats waar de documentatie beschikbaar is;
•Een beschrijving van de grondslagen en assumpties die gehanteerd werden voor de opmaak van het meerjarenplan en de wijzigingen daarvan ten opzichte van het vorige beleidsrapport.
In het meerjarenplan wordt een onderscheid gemaakt tussen het prioritaire beleid en het overige beleid. Het prioritaire beleid is dat wat het bestuur zo belangrijk vindt dat ze expliciet worden vermeld en opgevolgd in de daaropvolgende beleidsrapporten. Het bestuur neemt deze keuze zelf.
Bovendien is de gemeenteraad in de eerste plaats belast met de beleidsbepaling en niet met de beleidsuitvoering. De gemeenteraad dient zich best te concentreren op de hoofdlijnen. Het is aldus niet aangewezen om alle activiteiten van het bestuur in het prioritair beleid op te nemen. De dagelijkse werking of dagelijkse uitvoering van de taken behoort in het meerjarenplan 2020-2025 tot het niet-prioritaire beleid, onder de noemer overig beleid.
Het onderscheid tussen het prioritaire en niet-prioritaire beleid wordt vastgelegd op actieniveau.
Onderstaande acties worden voorgesteld als prioritair beleid:
•Actie 1.1.2: Heropwaarderen van het park achter het cultuurhuis
•Actie 1.1.3: Herbestemmen van het oud gemeentehuis met een gecombineerde bestemming en publiek-private samenwerking (incl. gemeenschapsruimte, horecaelementen en private samenwerking)
•Actie 1.1.4: Inrichten van de huidige groene zone aan het administratief centrum tot een ontmoetingsplaats
•Actie 1.2.1: Herinrichten van het dorpsplein Meise-centrum en Wolvertem
•Actie 1.3.1: Vergroenen van de publieke ruimten
•Actie 1.3.2: Professionaliseren van het onderhoud van het openbaar domein
•Actie 1.3.4: Voorzien van meer faciliteiten voor dieren
•Actie 2.1.1: Creëren van publieke ontmoetingsplekken voor jong en oud
•Actie 2.1.2: Voorzien van meer en betere speelpleinen
•Actie 2.1.4: Optimaliseren van de infrastructuur voor jeugd
•Actie 2.1.5: Herinrichten van de site achter de sportschuur tot park- en sportgebied
•Actie 2.1.6: Realiseren van een masterplan schoolinfrastructuur en schoolbeleving
•Actie 2.2.1: Ondersteunen van buurtinitiatieven en samenwerking met buurten door middel van cocreatie
•Actie 2.3.1: Voorzien van gemeenschapswachten
•Actie 2.3.3: Inzetten van camera's
•Actie 3.1.4: Uitbreiden/Bebossen van Neromhof en bijkomende parkgebieden
•Actie 3.1.5: Uitwerken van een water- en rioleringsbeleid
•Actie 3.1.6: Uitwerken van een energiezuinig beleid
•Actie 3.2.5: Ontwikkelen van een zwerfvuil- en vuilbakkenbeleid in de publieke ruimte
•Actie 3.2.6: Uitwerken van beleid rond afval en sluikstorten
•Actie 3.3.1: Creëren van fietsstraten in centrum Meise en Wolvertem
•Actie 3.3.2: Starten met deelfietsen en deelauto's op een aantal locaties
•Actie 3.3.3: Verbeteren van de fietsinfrastructuur en fietsbeleving
•Actie 3.3.6: Verhogen van de verkeersveiligheid en aanpak van het doorgaand zwaar verkeer
•Actie 3.3.7: Investeren in verkeersveiligheid van de weginfrastructuur in samenwerking met de betrokken partners
•Actie 3.3.8: Opmaken van een mobiliteitsplan ten behoeve van de dorpscentra
•Actie 4.1.1: Uitwerken van projecten met scholen, verenigingen en handelaars
•Actie 4.2.1: Versterken van beleid om mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen
•Actie 4.3.1: Stimuleren van vrijwilligerswerk en uitwerken van een beleid rond vrijwilligerswerk
•Actie 4.4.1: Beleid ontwikkelen rond sociale tarieven/armoede
•Actie 4.4.3: Voorzien van een geïntegreerd breed onthaal
•Actie 4.5.1: Opzetten van projecten rond diversiteit met het oog op integratie
•Actie 4.5.4: Verbeteren toegankelijkheid
•Actie 5.1.1: Burgers meer betrekken op voorhand bij beslissingen en feedback geven over participatietrajecten
•Actie 5.1.2: Ontwikkelen van een digitaal platform ter ondersteuning van buurtwerking en participatie
•Actie 5.2.1: Ontwikkelen van een nieuw dienstverleningsconcept met oog voor digitalisering
•Actie 5.2.3: Ontwikkelen en uitwerken van een klacht- en meldingensysteem
•Actie 5.3.2: Optimaliseren van de communicatiekanalen
De andere acties worden in het overige beleid weergegeven.
Het ontwerp van het meerjarenplan 2020-2025 werd uitvoerig besproken door het college van burgemeester en schepenen in samenwerking met de algemeen directeur en financieel directeur. Ook het managementteam verleende advies over het meerjarenplan 2020-2025.
Minstens een keer per jaar zal het meerjarenplan worden aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Daarnaast kan het meerjarenplan, als dat nodig is, ook worden aangepast om alleen de kredieten voor het lopende boekjaar aan te passen.
Bij elke aanpassing van het meerjarenplan zal het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen worden verwerkt. De periode van het meerjarenplan blijft altijd de periode, vermeld in artikel 254, tweede lid, van het decreet lokaal bestuur maar de financiële nota zal altijd de financiële consequenties voor ten minste drie toekomstige boekjaren beschrijven.
Een aanpassing van het meerjarenplan zal minstens een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota omvatten.
Het college van burgemeester en schepenen zal, voor 1 maart van het lopende boekjaar, bepalen welk gedeelte van de kredieten voor de gemeente voor investeringen en financiering, die voor het vorige boekjaar opgenomen waren in het meerjarenplan maar nog niet zijn aangewend, overgedragen worden naar het lopende boekjaar.
Het decreet over het lokaal bestuur heeft een specifieke wijze van goedkeuren opgesteld voor het vaststellen van het meerjarenplan 2020-2025. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen elk over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. Elke raad stemt telkens over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst. In dat geval mag de betrokken raad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de raad. Als de andere raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt die raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
Financiële gevolgen
De financiële gevolgen, onder meer in de financiële nota en toelichting zijn opgenomen als bijlage.
Het meerjarenplan 2020-2025 is financieel in evenwicht indien het geraamde beschikbaar budgettair resultaat voor 2020-2025 groter is dan of gelijk aan nul. Het structureel evenwicht wordt bepaald door de autofinancieringsmarge. Wanneer de gezamelijke autofinancieringsmarge 2020-2025 en de geconsolideerde autofinancieringsmarge 2020-2025 groter dan 0 is, dat is het meerjarenplan 2020-2025 financieel in evenwicht.
BESLUIT
Artikel 1
De samenstelling van de beleidsdomeinen vast te stellen.
Artikel 2
De prioritaire acties vast te stellen.
Artikel 3
Het deel van het OCMW van het meerjarenplan 2020-2025 bevattende de strategische nota, de financiële nota en de toelichting vast te stellen.
Artikel 4
Het geconsolideerd financieel evenwicht van het meerjarenplan 2020-2025 vast te stellen.
Met 14 stemmen voor (Gerda Van den Brande, Jonathan De Valck, Marie Jeanne Thaelemans, Erwin De Clerck, Roel Anciaux, Thomas Goethals, Herwig Cornelis, Jacques Wouters, Diana Tierens, Charlotte Meulemeester, Karine Métens, Billie Kawende, Roel Baudewyns en Katrien Uyttersprot), 8 onthoudingen (Marcel Belgrado, Paul Aerts, Sonja Becq, Emiel De Boeck, Christine De Cubber, Tom Heyvaert, Jorn Lathouwers en Ruben Algaba)