Meise

Zitting van 18 12 2023

Van 19.30 uur tot 19.40

Aanwezig:

Virginie De Klippel, voorzitter;

Gerda Van den Brande, burgemeester;

Jonathan De Valck, Tom Heyvaert, Ruben Algaba en Ann Van den Broeck, schepenen;

Roger Heyvaert, Marie Jeanne Thaelemans, Roel Anciaux, Sonja Becq, Emiel De Boeck, Thomas Goethals, Christine De Cubber, Veerle De Cuyper, Erwin De Clerck, Diana Tierens, Charlotte Meulemeester, Karine Métens, Billie Kawende, Roel Baudewyns, Sonia Lathouwers en Marie-José De Cock, raadsleden;

Caroline De Ridder, algemeen directeur.

Verontschuldigd:

Jorn Lathouwers, schepen;

Paul Aerts en Peter Carriere, raadsleden;

 

 

 

Overzicht punten

Zitting 18 12 2023

Goedkeuring notulen

BESLUIT

De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van 20 november 2023 worden goedgekeurd.

Met 22 stemmen voor (Gerda Van den Brande, Virginie De Klippel, Jonathan De Valck, Tom Heyvaert, Ruben Algaba, Ann Van den Broeck, Roger Heyvaert, Marie Jeanne Thaelemans, Roel Anciaux, Sonja Becq, Emiel De Boeck, Thomas Goethals, Christine De Cubber, Veerle De Cuyper, Erwin De Clerck, Diana Tierens, Charlotte Meulemeester, Karine Métens, Billie Kawende, Roel Baudewyns, Sonia Lathouwers en Marie-José De Cock)

 

Publicatiedatum: 16/01/2024
Overzicht punten

Zitting 18 12 2023

Princiepsbeslissing jobstudenten 2024

MOTIVERING

Feiten en context

Dankzij een uitbreiding van het contingent studentenarbeid kan een student in 2023 en 2024 600u per jaar (in plaats van 475u per jaar) worden tewerkgesteld met toepassing van een solidariteitsbijdrage.

FOD WASO stelt dat er een onverenigheid is tussen enerzijds het statuut van student en anderzijds het statuut van werkzoekende wat betekent dat een vrije werkzoekende die ingeschreven is bij de VDAB niet als student kan tewerkgesteld worden. De RSZ staat wel toe dat studenten die afgestudeerd zijn en nog niet ingeschreven zijn bij de VDAB tijdens de maanden juli, augustus en september vakantiewerk verrichten.

De dienst logistiek/verpleging/verzorging/onderhoud van het woonzorgcentrum, het dienstencentrum en de keuken zal het hele jaar 2024, vooral tijdens het weekend, jobstudenten tewerkstellen.

Tijdens de vakantiemaanden juli, augustus en september 2024 zullen personeelsleden afwezig zijn in het OCMW ingevolge het verlenen van de wettelijke jaarlijkse vakantie.

De jobstudenten worden tewerkgesteld met een studentenovereenkomst.

De weddeschaal moet worden vastgesteld.

Juridische gronden

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikelen 77 en 78 betreffende de bevoegdheden van de raad voor maatschappelijk welzijn.

De wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten - Titel VII: De overeenkomst voor tewerkstelling van studenten.

De arbeidswet van 16 maart 1971.

De wet van 28 juli 2011 houdende maatregelen met het oog op de invoering van een solidariteitsbijdrage op de tewerkstelling van studenten die niet onderworpen zijn aan het stelsel van de sociale zekerheid.

Het koninklijk besluit van 13 december 2016 tot wijziging van artikel 17 bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels voor wat betreft de studentenarbeid en de flexi-jobs in de horecasector.

Het koninklijk besluit van 14 juli 1995 waarbij sommige categorieën studenten uit het toepassingsgebied van Titel VI van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten worden gesloten.

Het koninklijk besluit van 19 december 2022 tot wijziging van artikel 17bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, BS 27 december 2022.

De beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 16 oktober 2023, houdende de vaststelling van de rechtspositieregeling voor de personeelsleden die ressorteren onder het woonzorgcentrum, het dienstencentrum, de serviceflats en het home.

De beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 16 oktober 2023 houdende vaststelling van de rechtspositieregeling van toepassing op het gemeente- en OCMW personeel.

Het arbeidsreglement zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 20 mei 2019 en aangepast in de raadszittingen van 25 maart 2020, 22 februari 2021, 21 juni 2021, 20 december 2021, 25 april 2022, 21 juni 2022, 25 april 2022 en 16 januari 2023.

De beslissing van het vast bureau van 31 januari 2022 houdende delegatie aanstellingsbevoegdheid jobstudenten.

Advies/argumentatie

Om de continuïteit en de kwaliteit van de dienstverlening te garanderen, is het aangewezen om jobstudenten aan te stellen. In geval er meerdere kandidaten zijn, worden kandidaten weerhouden op basis van volgende ordeningscriteria:

        leeftijd

        positieve beoordeling van een eerdere tewerkstelling bij lokaal bestuur Meise als jobstudent

        bloed- en of aanverwanten van personeelsleden;

        ervaring

        opleiding.

Financiële gevolgen

De financieel directeur dient de financiële haalbaarheid aan te tonen.

BESLUIT

Artikel 1

Voor de dienst logistiek/verzorging/verpleging van het woonzorgcentrum voor 988u jobstudenten in barema 8 (logistiek medewerker) en barema 11 (verzorging) van de IFIC-schalen en barema 14 of 14B (verpleging) van de IFIC-schalen te werk te stellen.

Voor de dienst onderhoud van het woonzorgcentrum voor 494u jobstudenten in barema 4 van de IFIC-schalen te werk te stellen.

Voor het dienstencentrum/polyvalente ruimte voor 670u jobstudenten in de E-schaal aan te stellen.

Voor de keuken voor 345u jobstudenten in de E-schaal aan te stellen.

Artikel 2

De jobstudenten aan te stellen met de toepassing van de solidariteitsbijdrage. De student een verklaring te laten ondertekenen (verklaring op eer) dat men op het moment van de tewerkstelling als student nog niet is ingeschreven bij de VDAB alsook dat men door het uitvoeren van de job de opgelegde maximumprestaties als jobstudent van 600 uur niet zal overschrijden.

Artikel 3

De minimumleeftijd en voorwaarden worden als volgt vastgesteld:

        onderhoud/logistiek: 17 jaar zijn of worden in het jaar van tewerkstelling;

        keuken: 18 jaar zijn of worden in het jaar van tewerkstelling;

        dienstencentrum/polyvalente ruimte: 18 jaar zijn of worden in het jaar van tewerkstelling;

        verpleging / verzorging: 18 jaar zijn of worden in het jaar van tewerkstelling, studierichting personenzorg, bejaardenhulp of verpleegkundige.

Artikel 4

De bezoldiging wordt voor de jobstudenten vastgesteld op basis van de door de raad voor maatschappelijk welzijn vastgestelde barema's zoals voorzien in de rechtspositieregelingen van het OCMW-personeel en zoals hieronder opgenomen:

De jobstudenten tewerkgesteld in de keuken en het dienstencentrum ontvangen een loon volgens schaalnummer E1 met 0 jaren geldelijke anciënniteit, zonder haard- of standplaatsvergoeding.

De jobstudenten tewerkgesteld voor het onderhoud ontvangen een loon volgens IFIC barema 4 met 0 jaren geldelijke anciënniteit, zonder haard- of standplaatsvergoeding.

De jobstudenten tewerkgesteld als verzorgende ontvangen een loon volgens IFIC barema 11 met 0 jaren geldelijke anciënniteit, zonder haard- of standplaatsvergoeding.

De jobstudenten tewerkgesteld als verpleging ontvangen een loon volgens IFIC barema 14 of 14B met 0 jaren geldelijke anciënniteit, zonder haard- of standplaatsvergoeding.

De jobstudenten tewerkgesteld als logistiek medewerker ontvangen een loon volgens IFIC barema 8 met 0 jaren geldelijke anciënniteit, zonder haard- of standplaatsvergoeding

Jobstudenten die onregelmatige prestaties verrichten, krijgen hiervoor de toeslagen betaald zoals beschreven in de rechtspositieregeling op hen van toepassing. Deze bedragen dienen gekoppeld te worden aan spilindex 138,01.

Deze vergoedingen zullen automatisch aangepast worden aan de weddeschaalherzieningen en indexaanpassingen, zoals deze van toepassing zijn voor het overheidspersoneel.

Artikel 5

De individuele aanstelling van de jobstudenten zal gebeuren door de algemeen directeur. In geval er meerdere kandidaten zijn, worden kandidaten weerhouden op basis van volgende ordeningscriteria:

        leeftijd

        positieve beoordeling van een eerdere tewerkstelling bij lokaal bestuur Meise als jobstudent;

        bloed- en of aanverwanten van personeelsleden;

        ervaring;

        opleiding.

 Artikel 6

Een oproep zal gebeuren door een bericht omhoog te hangen in de verschillende locaties en door publicatie van een artikel op de sociale media van lokaal bestuur Meise, op intranet en op de website.

Met 22 stemmen voor (Gerda Van den Brande, Virginie De Klippel, Jonathan De Valck, Tom Heyvaert, Ruben Algaba, Ann Van den Broeck, Roger Heyvaert, Marie Jeanne Thaelemans, Roel Anciaux, Sonja Becq, Emiel De Boeck, Thomas Goethals, Christine De Cubber, Veerle De Cuyper, Erwin De Clerck, Diana Tierens, Charlotte Meulemeester, Karine Métens, Billie Kawende, Roel Baudewyns, Sonia Lathouwers en Marie-José De Cock)

 

Publicatiedatum: 16/01/2024
Overzicht punten

Zitting 18 12 2023

Aanpassing meerjarenplan 2020-2025: herziening 2023/2

MOTIVERING

Feiten en context

Het initiële meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 19 december 2019.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - herziening 2020/1 - werd vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 20 juli 2020. Het resultaat van de jaarrekening 2019 van het OCMW werd hierin verwerkt.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - herziening 2020/2 - werd vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 14 december 2020. Het budget voor 2020 werd gewijzigd en de kredieten voor 2021 werden vastgesteld.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - herziening 2021/1 - werd vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 15 november 2021. Het budget voor 2021 werd gewijzigd en de kredieten voor 2022 werden vastgesteld.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - herziening 2022/1 - werd goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 21 november 2022. Het budget voor 2022 werd gewijzigd en de kredieten voor 2023 werden vastgesteld.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - herziening 2023/1 - werd vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn in zitting van 17 juli 2023. Het budget voor 2023 werd gewijzigd en de kredieten voor 2024 werden vastgesteld.

Het meerjarenplan wordt nu voor een zesde maal herzien.

Deze herziening 2023/2 van het meerjarenplan omvat in hoofdzaak:

        Het opnieuw vaststellen van de kredieten voor 2024 wat impliceert dat ook de budgetgegevens voor het boekjaar 2026 worden opgenomen in het meerjarenplan

        Bijsturing van de actieplannen en acties ingevolge een aangepaste planning, een verdere detaillering van de financiële gegevens of een meer gedetailleerde raming van de beoogde projecten

        Bijsturing van het budget voor de financiering van de investeringsuitgaven op basis van de aanbestedingsprijzen voor GBS De Leertuin, aanleg fietspaden Drijpikkelstraat, sportsite Den Dries 

        Bijsturing van de uitgaven en ontvangsten voor de GAS5-inbreuken die de initiële raming, opgenomen in AMJP 2023/1 drastisch overschrijden

        Opname van de nodige investeringsbudgetten voor het project KERN en de aankoop van gronden in het Tussenveld.

De vaststelling van de aanpassing van het meerjarenplan herziening 2023/2 behoort tot de voorbehouden bevoegdheden van de raad.

Juridische gronden

Artikel 77 van het decreet lokaal bestuur: de raad voor maatschappelijk welzijn bepaalt het beleid van het OCMW en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
Artikel 78 van het decreet lokaal bestuur: de volgende bevoegdheden worden uitdrukkelijk aan de raad toevertrouwd: het vaststellen van de beleidsrapporten van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 249.

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen deel 2 titel 4 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 en latere wijzigingen betreffende de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.

Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

Advies/argumentatie

Overwegende dat het beschikbaar budgettair resultaat positief is en de autofinancieringsmarge positief is in 2025.

Minstens een keer per jaar dient het meerjarenplan te worden aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Daarnaast kan het meerjarenplan, als dat nodig is, ook worden aangepast om alleen de kredieten voor het lopende boekjaar aan te passen.

De periode van het meerjarenplan blijft altijd de periode, vermeld in artikel 254, tweede lid, van het decreet lokaal bestuur maar de financiële nota zal altijd de financiële consequenties voor ten minste drie toekomstige boekjaren beschrijven.

Een aanpassing van het meerjarenplan zal minstens een aangepaste financiële nota, een toelichting en de eventuele wijzigingen van de strategische nota omvatten. De wijzigingen aan de strategische nota zijn naast het meerjarenoverzicht (zie bijlage) ook terug te vinden in het document doelstellingenboom (zie bijlage). In de doelstellingenboom is een duidelijk overzicht opgenomen met de wijzigingen van de strategische nota ten opzichte van de oorspronkelijke strategische nota. De wijzigingen werden aangebracht in het groen. In de strategische nota wordt zoals bepaald in artikel 8, tweede lid van het BVR BBC van 30 maart 2019 gerapporteerd op niveau van de actieplannen.

Het decreet over het lokaal bestuur heeft een specifieke wijze van goedkeuren opgesteld voor het aanpassen van het meerjarenplan 2020-2025. De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen elk over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. Elke raad stemt telkens over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst. In dat geval mag de betrokken raad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de raad. Als de andere raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt die raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen, onder meer in de financiële nota en toelichting, zijn opgenomen als bijlage.

BESLUIT

Artikel 1

Het deel van het OCMW van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - herziening 2023/2 - bevattende de strategische nota, de financiële nota en de toelichting, vast te stellen.

Artikel 2

De kredieten voor 2024 opnieuw vast te stellen.

Artikel 3

Het geconsolideerd financieel evenwicht van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 - herziening 2023/2 - vast te stellen.

Met 13 stemmen voor (Gerda Van den Brande, Virginie De Klippel, Jonathan De Valck, Tom Heyvaert, Ruben Algaba, Ann Van den Broeck, Roger Heyvaert, Christine De Cubber, Diana Tierens, Charlotte Meulemeester, Roel Baudewyns, Sonia Lathouwers en Marie-José De Cock), 6 stemmen tegen (Marie Jeanne Thaelemans, Roel Anciaux, Sonja Becq, Emiel De Boeck, Veerle De Cuyper en Billie Kawende), 3 onthoudingen (Thomas Goethals, Erwin De Clerck en Karine Métens)

 

Publicatiedatum: 16/01/2024
Overzicht punten

Zitting 18 12 2023

Sociale kruidenier samenwerking 2024

MOTIVERING

Feiten en context

Het OCMW heeft reeds een jarenlange samenwerking met de sociale kruidenier Idem Dito te Vilvoorde (Mechelsesteenweg 55, 1800 Vilvoorde). Mensen kunnen er voeding bekomen mits ze aan bepaalde financiële voorwaarden voldoen. Vroeger gebeurde de toewijzing uitsluitend via de screeningswijze van het CAW. Sinds 1 januari 2021 moest deze screening van het CAW uitgevoerd worden door het OCMW omdat het CAW dit niet meer (financieel) kon bolwerken. Sinds 1 januari 2022 werd er toegestaan dat het OCMW zelf de screeningswijze mocht bepalen. De werkwijze van de andere, reeds bestaande, huishoudelijke reglementen van lokaal bestuur Meise werd overgenomen. De volwassenwerking van het CAW die wél nog screeningen op zich neemt, zal voorlopig blijven bestaan. Zij zullen hun manier van screening wel blijven behouden.

Juridische gronden

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en latere wijzigingen, in het bijzonder artikelen 77 en 78.

Raadsbeslissing van 20 december 2021 houdende de goedkeuring van de samenwerking 2022 sociale kruidenier.

Raadsbeslissing van 20 december 2021 houdende de vaststelling van het reglement van de sociale kruidenier.

Raadsbeslissing van 5 december 2022 houdende de goedkeuring van de samenwerking 2023 sociale kruidenier.

Raadsbeslissing van 5 december 2022 houdende de vaststelling van het reglement van de sociale kruidenier.

Advies/argumentatie

Het lokaal bestuur Meise wil meer inzetten op het basisrecht rond voedsel.

Concreet zal de maatschappelijk werker de bewijsstukken in het dossier verzamelen om te kunnen staven dat de persoon in kwestie voldoet aan de voorwaarden. Het volstaat om aan het BCSD enkel een oplijsting voor te leggen van de personen die recht openen op het gebruik van de sociale kruidenier. Er hoeft geen sociaal verslag opgemaakt te worden.

Financiële gevolgen

Het lokaal bestuur Meise betaalt aan het CAW een vaste bijdrage van € 7,00 per winkelbeurt per gezinslid/inwoner uit Meise, die effectief een “toegangskaart” ontving om te winkelen.

Het lokaal bestuur Meise betaalt de bijdrage, bij akkoord over de berekening, na ontvangst van de facturen die door het CAW worden opgemaakt en doorgestuurd begin januari van het daaropvolgende jaar.

Deze uitgaven werden voorzien onder exploitatiebudget OC/09000/64990000.

Beschikbaar budget: €5.000.

BESLUIT

Artikel 1

Bijgevoegde samenwerkingsovereenkomst met CAW Vilvoorde af te sluiten met ingang van 1 januari 2024. Deze loopt tot en met 31 december 2024 waarna er mogelijkheid is tot verlenging.

Met 22 stemmen voor (Gerda Van den Brande, Virginie De Klippel, Jonathan De Valck, Tom Heyvaert, Ruben Algaba, Ann Van den Broeck, Roger Heyvaert, Marie Jeanne Thaelemans, Roel Anciaux, Sonja Becq, Emiel De Boeck, Thomas Goethals, Christine De Cubber, Veerle De Cuyper, Erwin De Clerck, Diana Tierens, Charlotte Meulemeester, Karine Métens, Billie Kawende, Roel Baudewyns, Sonia Lathouwers en Marie-José De Cock)

 

Publicatiedatum: 16/01/2024